Anonimiteit als springplank (4/6)
In het najaar 2016 publiceerde
ik een artikel in het Tijdschrift voor geestelijk leven over internetpastoraat.
Hier enkele uittreksels (4/6)
Digitaal is niet langer virtueel. Digitaal is reëel,
zij het op een nieuwe en vaak onverwacht veelzijdige wijze.
Digitaal pastoraat
kan christenen in de diaspora bereiken. Voor meer en meer christenen, jongeren
net zo goed als ouderen, is de afwezigheid van een levendige
christengemeenschap in de nabije omgeving een realiteit. Digitale verbondenheid
en gemeenschap kunnen, ten dele, hier een alternatief bieden.
De anonimiteit
van het internet maakt ook dat je er makkelijker randkerkelijken en zoekers kan
bereiken. Voor niet-christenen is het internet vandaag vaak de enige plaats
waar zij in contact kunnen komen met een christelijk aanbod. Digitaal betekent
vaak ook toegankelijk voor sociaal en communicatief zwakke of kwetsbare mensen.
Digitaal wordt evenwel maar ten volle evangeliserend als het ook bruggen bouwt
naar de fysieke werkelijkheid. Als het, uiteindelijk, bijdraagt tot lokale kerkopbouw.
Als het ertoe bijdraagt dat mensen elkaar kunnen ontmoeten in de fysieke
werkelijkheid en samen hun geloof kunnen delen. Dit aandachtspunt heeft ons er,
bijvoorbeeld, toe gebracht om bij onze digitale retraites lokale
uitwisselingsgroepjes te organiseren: deelnemers de kans bieden om, verspreid
over het hele land, samen te komen en iets van hun gebed met elkaar te delen.
Nikolaas
Sintobin sj
Reacties