Een Vlaamse jezuïet in Abidjan (3)
Van 5 tot 30 maart 2012 is Guido Dierickx sj gastprofessor aan het Universitair Centrum “Centre de Recherche et d’Action pour la Paix” (CERAP) in Abidjan (West-Afrikaanse jezuïetenprovincie), Ivoorkust. Speciaal voor de lezers van deze blog schrijft Guido regelmatig een kroniekje over zijn avonturen aldaar.
Contrastervaring
Gisteren dan toch een eerste kijk genomen op de immense stad die Abidjan
is. Met dank aan een oudere maar heel krasse Franse confrater die hier al werkzaam
is sinds de jaren zestig.
Eerste tafereel: dat van de eindeloze sloppenwijken. Die zijn nu opnieuw
beter te bezichtigen omdat de overheid van de nieuwe president (Ouatarra) een
aantal grote straten geasfalteerd heeft. Maar al gauw kom je terecht in de niet vernieuwde
straten en steegjes met hobbels en bobbels alom. En met kinderen, heel veel
kinderen, die voetbal spelen met een oude platte basketbal, om maar één
voorbeeld te noemen. Voor de kinderen is er helemaal geen speelruimte
voorbehouden. Alle vrije ruimte wordt meteen ingenomen door hutjes en
winkeltjes. Onze bestemming was de parochie die daar door twee Jezuïeten
verzorgd wordt. Daar geraakten we binnen door een zware poort in een lange
muur. De betere plekken in Abidjan liggen trouwens in de regel binnen een
omheining die ze van buitenaf zo goed als onzichtbaar maakt. Hoe langer de
muur, hoe meer beloftevol de gebouwen. Hier school achter de muur een heuse
oase. Hier was ruimte met groen en zelfs enkele bomen. Hier was een
parochiekoor aan het oefenen onder een afdak. Hier waren kinderen aan het
spelen in een nette en rustige omgeving. Hier konden ze ook de kleuter- en de
lagere school volgen, in de tengere hoop daarna elders naar een middelbare
school te gaan.. Hier konden de katholieken van deze moslim wijk ook ter kerke
gaan. Nee, luxe was het nog niet. Er was een stuk waterleiding maar die reikte
niet tot aan de eerste verdieping van de pastorie. Maar wat een ongedwongen en
hartelijke sfeer. Een foto van de maar wat graag poserende kinderen is
beschikbaar op aanvraag.
Denken
aan Antwerpen
Tweede tafereel: de haven, zowat de grootste van West Afrika. Nee,
Ivoorkust leeft niet enkel van cacao- en koffiebonen en van internationale
hulp. De haven wordt druk gebruikt en is kennelijk goed uitgerust. Even moest
ik denken aan Antwerpen, waar je ook die kilometerlange lanen van
opslagplaatsen hebt. Mijn gids meende dat Ivoorkust het economisch veel beter
kon doen dan nu, gesteld dat de overheid eindelijk een gezond beleid zou willen
voeren. Dat wil zeggen: niet gericht op prestigeprojecten. Of ze daarmee die
enorme aankomende generatie aan het werk zou kunnen zetten is natuurlijk een
andere vraag. Het toerisme zou kunnen opleven zoals weleer indien het land
opnieuw de reputatie van orde en veiligheid zou verwerven.
Johannes-Paulus II
Derde
tafereel: het modern administratieve en commerciële centrum van de stad. Dat is van
ver te zien aan enkel hoge, prestigieuze torengebouwen. Maar in tegenstelling
tot de andere delen van de stad zijn daar op zondag helemaal geen mensen te
bespeuren. Een beetje spookachtig zelfs. Behalve dan rond de kathedraal die nog
door Johannes-Paulus II ingehuldigd is geworden. Een groots en futuristisch
gebouw waar een groep van charismatici een plechtigheid aan het verzorgen was.
Nee, het was geen Matteüspassie die daar te horen was. Ze hadden echter de
verdienste die muziek zelf uit te voeren met de hulp van een goed koor en van
bijzonder goede versterkers. En dan stonden we plots weer voor de poort van
onze eigen CERAP; Ik had niet beseft dat die zo dicht bij het centrum lag. Dat
is toeval, geen opzet. Toen ons gebouw daar ingeplant werd, was dat op een plek
aan de rand van de stad. Nu ligt die rand tien kilometer verder.
Reacties