Gewone mensen
Homilie over wat "roeping" wel kan betekenen
De
voorbije week heb ik een driedaagse bezinning gegeven aan een klas van
laatstejaars uit een van onze colleges. in de abdij van Postel. 22 jongens en
meisjes van 17-18 jaar, die op het punt staan om hun vleugels uit te slaan en
die zich de vraag stellen van hun studiekeuze en ook van hun verdere leven. Al
tijdens de eerste kennismaking was er een meisje dat mij vroeg om te vertellen
over mijn roeping.
Dat
overkomt me wel vaker. Mensen vinden het vreemd dat je ervoor kan kiezen om
priester of religieus te worden. Het lijkt iets heel apart. Je moet wel een
heel bijzondere ervaring gehad hebben om zo’n levenskeuze te maken.
Uiteraard
begrijp ik wel wat die mensen bedoelen. Ik heb zelf ook lange tijd een soort
van magische voorstelling gehad van het geroepen worden.
De
lezingen van vandaag geven eigenlijk een nogal precies antwoord op wat roeping
betekent. In het bijzonder de lezing uit het Evangelie volgens Marcus dat ons vertelt
over de roeping van de eerste leerlingen van Jezus.
Ten eerste valt
het op dat het onopvallende mensen zijn die Jezus roept om zijn naaste
medewerkers te worden. Het gaat over vissers. Van Petrus weten we dat hij
gehuwd was. Jezus roept gewone mensen, zonder bijzondere vorming of
uitzonderlijke capaciteiten, om zijn naaste medewerkers te worden. Nog anders
gezegd, roeping betreft niet alleen het godgewijd leven of het priesterschap.
Elke christen wordt geroepen door de Heer. Elke gedoopte wordt geroepen om in
zijn leven de Jezus na te volgen om op zijn/haar manier zijn/haar hele leven uit
te bouwen in functie van de Heer: thuis, in het beroepsleven, in de vrije tijd ….
Sommigen als priester of religieus. De meesten als leek met een gezin en een
profane beroepsbezigheid.
Waartoe worden
mensen geroepen? Wat is dan wel de zending van de christen?
“De tijd is vervuld en het Rijk Gods is
nabij; bekeert u en gelooft in de Blijde Boodschap” horen we Jezus zeggen.
En vervolgens : “Komt,
volgt Mij; Ik zal maken dat gij vissers van mensen wordt.”
Eigenlijk
is de inhoud van de roeping hier heel algemeen. Het enige wat duidelijk is is
dat het gaat over Jezus. Dat Hij ons uitnodigt om ons te bekeren door zijn
Boodschap ernstig te nemen en door Hem na te volgen. Wat dat concreet betekent kan
zich maar uitwijzen als je bereid bent om het avontuur aan te gaan. Christen
zijn is niet het navolgen van duidelijke regeltjes of het uitvoeren van een
welomschreven programma. Het is leven vanuit een verbondenheid met de Heer en dan
zien waarheen dit je leidt. Geloven in Jezus is vertrouwen in Jezus. Je
toevertrouwen aan Jezus is het aandurven om je leven uit handen te geven en
toelaten dat God zelf je de weg aanwijst. Het is een weg
van nederigheid.
Ten slotte, wat
misschien nog het meeste opvalt is de snelheid waarmee die vissers ingaan op de uitnodiging van Jezus om Hem te volgen: “Terstond lieten zij hun netten in de
steek en volgden Hem.” Wat is daar gebeurd? Was er iets bijzonders in
de blik of in de stem van Jezus? Jezus moet zeker een heel bijzonder Iemand
geweest zijn. Maar over zijn voorkomen weten we eigenlijk niets.
We
weten wel zeker dat die mannen aandachtig geluisterd hebben naar Jezus en dat zij
voldoende alert waren om op te merken dat wat Hij zei echt de moeite waard was.
Ik zei
het reeds, we worden allen geroepen, elk op zijn/haar manier, om Jezus te
volgen, welke ook de vorm is die we aan ons leven geven. De eerste voorwaarde om
op die voortdurende en steeds veranderende roep in te kunnen gaan is echter dat
we ze opmerken. Dat we aandachtige mensen zijn die bereid zijn om ons gewone
leventje te laten verstoren door die stem van Jezus. Steeds weer. Wat Hij ons
vraagt is vaak niet makkelijk. Maar het leidt wel steeds naar meer leven en
meer liefde. Daar mogen we in geloven. Daar mogen we op vertrouwen.
Reacties